Op het moment dat de VS hun importheffingen drastisch verhoogden, om de handelsbalanstekorten met veel landen te verkleinen, zorgde dat voor koersdalingen op wereldwijde aandelenmarkten. Het kan de winsten van bedrijven flink raken. Tegenmaatregelen van betrokken landen werden aangekondigd en veel landen zijn nog aan het onderhandelen met de VS. De uiteindelijke uitkomst en de exacte gevolgen hiervan voor bedrijven zijn nog onduidelijk.
Triodos IM verwacht toenemende opwaartse prijsdruk. Die is gelinkt aan de aangekondigde importheffingen en mogelijke vergeldingsmaatregelen. Het risico bestaat ook dat met schulden gefinancierde overheidsuitgaven inflatiedruk veroorzaken. De inflatierisico's zijn dus duidelijk opwaarts gericht en recente ontwikkelingen maken dit scenario steeds waarschijnlijker.
De lagere inflatie en macro-economische cijfers voor Europa hebben ertoe geleid dat de Europese Centrale Bank in maart de beleidsrente voor de zesde keer heeft verlaagd; die is nu 2,5 %. De toelichting bij het rentebesluit is minder eenduidig over het verdere renteverlagingspad, vanwege onzekerheden rond geopolitieke en fiscale ontwikkelingen.
Geen van de risicoprofielen van Triodos Impact Portfolio ontsnapte in het eerste kwartaal aan de schadelijke acties en uitlatingen van de Amerikaanse president Trump. De onzekerheid die dit schiep, leidde tot wereldwijde vrees voor groeivertragingen en inflatie. Het meest risicovolle profiel, Offensief, daalde in het eerste kwartaal met -3,19 %. Voor Defensief bleef de schade beperkt, met een resultaat van -0.72 %. De tussenliggende profielen, Neutraal en Dynamisch, lieten een resultaat zien van -1,51 en -2,33 %. De portefeuilles hebben een grotere blootstelling aan Europese bedrijven dan aan Amerikaanse bedrijven.
De beleggingen in grote beursgenoteerde bedrijven werden het hardst geraakt met een negatief rendement van -3,7 %. Dit werd veroorzaakt door een scherpe daling in maart, toen het negatieve sentiment in alle hevigheid toesloeg. De beleggingen in kleine tot middelgrote beursgenoteerde bedrijven deden het iets minder slecht, maar zetten ook negatief rendement neer. De obligaties bleven over het hele kwartaal redelijk stabiel met een rendement van maar iets onder nul (-0,04 %).
De beleggingen in niet-beursgenoteerde bedrijven droegen bij aan verdere spreiding van het risico. Positieve uitschieter waren de beleggingen in de voedseltransitie, die maar liefst met 10,5 % stegen dankzij positieve resultaten en opwaartse herwaarderingen van de voedingsbedrijven in de portefeuille.